Politicologie

Examenvragen 2017-2018 1e zit

OPEN VRAGEN

  • Is de EU een confederaal of een federaal systeem?
  • Bekijk het debat rond Francken en Sudan vanuit de dimensies van macht
  • Wat is populisme: leg uit

MEERKEUZE

  • Wat was het begrotingstekort van de federale regering tijdens het derde kwartaal van 2017

-1,2 -2,2 -3,2 -0,2


  • Wanneer is de kernuitstap voorzien in het regeerakkoord?

2025 -2030 -2035 -Geen van bovenstaande


  • Wanneer commentatoren zeggen dat de regering goed bezig is, is dat een voorbeeld van

-Conversie –Maintenance input -Withinput -Gatekeeper


  • Wie is er in de federale regering bevoegd voor armoedebestrijding

-Joke Schauvliege –Zuhal Demir -Denis Ducarme -Liesbeth Homans


  • Welke uitspraak is juist over belangenconflict

-Wordt uitgevoerd door het Grondwettelijk Hof -Is ingevoerd sinds 1970 -Een motie moet aangenomen worden door 3/4 van een taalgroep –De wet wordt geschorst voor 60 dagen


  • Wie is de gedelegeerd bestuurder van het UNIZO

-Mario Coppens -Pieter Timmermans –Danny Van Assche -Hans Maersch


  • Wie zijn het meest tegengesteld

-Lijphart en Mouffe -De Tocqueville en Putnam -Panebianco en Kirchheimer -Lukes en Gramsci


  • Wie is status-generaal van de dienst vreemdelingenzaken?

-Karel Van Eetvelt -Jan Smets -Tom van Laer –Freddy Roosemont


  • Welke uitspraak is juist?

-Iets met dubbelmandaat -sinds 1995 kan je apart stemmen voor het Vlaams Parlement. -Sinds 1985: de meervoudige voorkeurstemmen. -België is een systeem met flexibele lijsten


  • Welke uitspraak is juist over het neocorporatisme?

-Belangengroepen moeten encompassing zijn -Burgers zijn vrijwillig lid van autonome, elkaar niet versterkende lidmaatschappen -De samenleving bestaat uit verschillende kleine piramides


  • Welke ideologie gaat uit van politiek voeren door gedeelde normen en waarden

-het constructivisme -het liberalisme -pluralisme -communitarisme


  • Welke uitspraak is juist

het marxisme wordt gekenmerkt door economisch determinisme -het constructivisme wordt gekenmerkt door economisme -iets met rational choice -Wereldsysteemanalyse hoort bij het realisme.


  • Welke uitspraak is juist?

-bij de delerreeks D’Hondt deelt men door 1;1,5;2;2,5… -het verkiesbaarheidscijfer wordt berekend via het aantal lijsstemmen –Indien men na het verdelen van de pot nog gewonnen zetels overheeft, worden deze verdeeld volgens de voorkeursstemmen


  • Als een partijvoorzitter stelt dat hij de hardwerkende Vlaming vertegenwoordigt, van wat is dat een voorbeeld?

– Resemblance model – Representatieve claim – Mandate model – Descriptieve vertegenwoordiging


  • Welke uitspraak over de issue-owernship theorie is fout?

-partijen doen inhoudelijke voorstellen – laten zich leiden door emotionele overtuigingen – kiezers evalueren op of een partij veel expertise heeft verricht


  • De Regering-Michel verdedigt het optrekken van de pensioensleeftijd naar 67jaar, welke legitimiteit wordt hier gebruikt.

-inputlegitimiteit –outputlegitimiteit -proceslegitimiteit -feedbacklegitimiteit


  • Welk onderdeel van het zomerakkoord werd voor de kerstvakantie door het parlement goedgekeurd?

-onbelast bijverdienen -effectentaks –hervorming van vennootschapsbelasting – pensioenspunten

Examenvragen 2015-2016

Open vragen

  • Vergelijk realisme, liberalisme, radicalisme en constructivisme in de internationale politiek met elkaar.
  • Geef de evolutie van ons kiessysteem sinds het AMS.
  • Pas het kwadrant van samenwerken en ruzie toe op de regering Michel I en de vluchtelingencrisis.
  • Waarom hebben partijen meer invloed op wie in het parlement word verkozen dan kiezers?
  • Leg de morfologie van partijen uit en pas toe op het socialisme
  • Vergelijk catch-all party en cartel-party

Meerkeuze

  • Voorzitter VOKA, CM
  • Raad van Tien
  • Structureel Begrotingsevenwicht
  • Alarmbelprocedure.
  • Bevoegdheid die een president heeft.
  • Bevoegdheden van Kris Peeters
  • Bevoegdheden van Homans
  • Naam van voorzitter Franse Socialistische Spoorvakbond (Abdissi)
  • voorzitter cdh
  • voorzitter van de CM
  • stemcijfer
  • inflatiecijfer
  • bevoegdheden van Kris Peeters

Examenvragen 2013-2014

  • Bekijk vanuit het standpunt van het institutionalisme, rationele keuze benadering en constructieve benadering het federale besluit rond de verlenging van het mandaat van Bpost CEO Thijs.
  • Geef de verschillen tussen de verkiezingsregels van de federale, regionale en lokale verkiezingen.
  • Vergelijk het federalisme en het confederalisme.
  • Begrippen: Proces van belangenconflict, partisan dealigment, legitimatie.
  • Actua: Vlaams/federale minister van volksgezondheid, gelijke kansen + de partij
  • Actua: Lijsttrekkers Vlaams/federaal van Open Vld en CD&V van West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Antwerpen
  • Actua: Namen van de voorzitters van de vakbonden
  • Actua: Door de 6de staatshervorming verschuiven er taken van de federale overheid naar de deelstaten, hoeveel ambtenaren verschuiven mee?
  • Actua: Wie is Carl Devlies en waarom kwam hij deze week in het nieuws?
  • Actua: Wat zei econoom Paul De Grauwe over de staatshervorming en waarom kreeg hij zoveel kritiek?
  • Actua: Koen Geens wou de spaarfiscaliteit aanpassen, maar Open Vld was daar tegen, leg het conflict uit.

Examenvragen 2012-2013

  • Wat zijn de bouwstenen van de politieke wetenschappen
  • Pas de functies en disfuncties van partijen toe op de N-VA
  • Over welke mechanismen of institutionele kenmerken beschikken de Franstalige partijen om zich te verzetten tegen beslissingen op federaal niveau.

Examenvragen 2011-2012

  • Noem 3 theorieën vd internationale betrekkingen en vergelijk ze
  • Noem 3 dimensies van macht en pas ze toe op de begrotingsvorming
  • Hoe werkt de zetelverdeling op federaal, regionaal en gemeentelijk niveau
  • Wat is er veranderd met de splitsing BHV en de benoeming vd burgermeesters
  • Wie is Oli Rehn? en wie vroeg naar hem in de Wetstraat

Examenvragen van voor 2011

  • Benader de regering van lopende zaken met het behavioralisme en het institutionalisme. Vergelijk deze met elkaar en pas toe op de regeringsonderhandelingen ( bv: Welke vragen stelt men zich? …).
  • Bespreek de evolutie van de partijtypes vanaf catch-all-party.
  • vergelijk federalisme, confederalisme en unitaire staat
  • Vergelijk presidentieel systeem met parlementair systeem
  • In welke groepen kan een parlementslid zitten + politieke relevantie
  • Vergelijk institutionalisme, behavioralisme en interpretatieve benadering
  • Organisatievorm van de verschillende partijtypes?
  • Vergelijk pluralisme/neo-corporatisme/elitisme
  • Invloed en macht, verschil/verband ?
  • Vergelijk kaderpartij, massapartij, catch all party, cartelparty en mediapartijen
  • Samenstelling parlement.+ wrm is de taalgroepering zo belangrijk.
  • Geef de vormen van vertegenwoordiging.
  • Verklaar copernicusakkoorden adh van NPM ofzo
  • Modellen van vertegenwoordiging /20
  • Federaal parlement: samenstelling, taalgroepen, waarom zijn taalgroepen belangrijk? /20
  • Hoe komen de principes van NPM tot uiting in de Copernicushervorming en de BBB? /20
  • Wat zijn de belangrijkste instituties van de europese unie en geef wat uitleg (max 30 lijnen)
  • De controlefunctie van het parlement, wat houdt dat in? (max 40 lijnen)
  • Een vraag die al een keer gesteld is: vergelijk pluralisme, (neo)corporatisme en elitisme in verband mt de elitetheorieen. (max 40 lijnen )
  • Wat is een breuklijn? Lipset en Rokan hun model met 4 breuklijnen leidde tot een discussie: schets die discussie
  • Wat zijn de centrale principes van een liberale parlementaire democratie
  • Vergelijk: massa, kader, cartel, media en catch-all partijen
  • 4 dimensies van politiek van Heywood
  • Vergelijk pluralisme, elitisme & neo-corporatisme als benaderingen van elites
  • Bespreek de conrolerende taak van het parlement
  • bespreek de evolutie van de partijorganisaties adhv Katz en Mair en pas algemeen toe op de Belgische partijen.
  • Wat is publieke sector + welke soorten sturing
  • vergelijk de intertratatieve benadering, behavioralisme en de institutionele benadering
  • Soorten organisatie van de publieke sector
  • Leg het ontstaan van partijen uit
  • Het verschil tussen unitarisme, federalisme en confederalisme
  • Wat is macht + verklaar het verschil tussen macht en invloed
  • Belgie is een particratische federale neo-corporatistische consensusdemocratie

a) leg uit b) wat zijn de overeenkomsten tussen de laatste drie termen?

  • Bespreek het probleem van Brussel-Halle-Vilvoorde & meg uit waarom het zo moeilijk is om tot een oplossing te komen
  • representatie van boven, van onder, voor en nasturing,

a)leg uit. b)pas toe op een concreet (evt fictief) voorbeeld